Login
Logo Waterbouwers

‘Waterkwaliteit is een gedeelde verantwoordelijkheid’

P3_Marc_Eisma_HBR_Vereniging_van_Waterbouwers
Tag(s): Duurzaamheid, Tag(s):Vereniging

De Europese Kaderrichtlijn Water, kortweg KRW, stelt sinds 2000 normen aan onze wateren. Of Nederland die haalt in 2027 hangt van veel factoren af, ook waar we beperkt invloed op kunnen hebben. Veel partijen doen hun best om de waterkwaliteit te verbeteren. Havenbedrijf Rotterdam is er een van. De inspanningen in binnen- én buitenland hebben reeds geleid tot schoner water en een schonere waterbodem in de haven. Maar we zijn er nog niet. Heeft de richtlijn consequenties voor waterbouwprojecten? We spreken erover met Marc Eisma, beleidsadviseur water van Havenbedrijf Rotterdam: “Wat we zeker weten, is dat er nog veel onzeker is.”

P3_Marc_Eisma_HBR_Vereniging_van_Waterbouwers

De Europese Kaderrichtlijn Water, kortweg KRW, stelt sinds 2000 normen aan onze wateren. Of Nederland die haalt in 2027 hangt van veel factoren af, ook waar we beperkt invloed op kunnen hebben. Veel partijen doen hun best om de waterkwaliteit te verbeteren. Havenbedrijf Rotterdam is er een van. De inspanningen in binnen- én buitenland hebben reeds geleid tot schoner water en een schonere waterbodem in de haven. Maar we zijn er nog niet. Heeft de richtlijn consequenties voor waterbouwprojecten? We spreken erover met Marc Eisma, beleidsadviseur water van Havenbedrijf Rotterdam: “Wat we zeker weten, is dat er nog veel onzeker is.”

Havenbedrijf Rotterdam is een NV met gemeente Rotterdam en het Rijk als aandeelhouders. De Rotterdamse haven strekt zich uit over ruim 40 kilometer vanaf het centrum van Rotterdam tot aan het puntje van de Maasvlakte. Het Havenbedrijf ontwikkelt de haven, verhuurt de grond aan meer dan 3000 bedrijven en is verantwoordelijk voor een efficiënte en veilige afwikkeling van de scheepvaart. Daarvoor moet het Havenbedrijf wel zorgen dat de infrastructuur langs en op het water altijd in orde is. Dat betekent bijvoorbeeld dat het de havenbekkens op diepte moet houden, dat kades in orde moeten zijn, maar ook – en dat vergeten velen – dat de waterkwaliteit optimaal moet zijn. Eisma: “Daarbij is het ook voor de industrie en de nabijgelegen tuinbouw in het Westland belangrijk dat het water zoet genoeg blijft. Een behoorlijke opgave met een stijgende zeespiegel. Bovenal ligt de haven in een druk bewoond gebied. Voor de directe omgeving én voor het nabije achterland, voor mens én natuur, is de waterkwaliteit in en om de haven belangrijk voor gezondheid en welzijn.”

Bij de bron aanpakken

Vandaar dat het Havenbedrijf zich al decennia lang inspant voor waterkwaliteit. In 1980 zag de haven de kwaliteit van water en sediment achteruitgaan: de helft van de waterbodem was verontreinigd. “We wilden die verontreiniging bij de bron aanpakken. Dat was reden voor ons om Project Onderzoek Rijn te beginnen; 90% van het water in de haven komt via de Rijn, dus ook een groot deel van de verontreiniging. We hebben bovenstrooms bij allerlei industrieën in verschillende lidstaten metingen uitgevoerd. Als we zagen dat een fabriek verontreinigende stoffen loosde, zijn we met ze gaan praten: uitleggen wat de impact is benedenstroom en voor de Noordzee. Onze inspanningen hebben geleid tot convenanten met verschillende chemische industrieën in Duitsland en Zwitserland. En we waren volhardend, wat bij de Franse Kalimijnen leidde tot een jarenlange rechtszaak. We wilden laten zien dat wij een serieuze partij zijn in het benedenstroomgebied. Een bedrijf dat de verantwoordelijkheid wil nemen voor goede waterkwaliteit en schoon sediment. Onze waterbodem bestond begin jaren tachtig voor de helft uit verontreinigd sediment, nu is nog maar 10% ervan verontreinigd.”

Wapenfeit

Nog een wapenfeit in de strijd om waterkwaliteit. Het gebruik van verf met tributyltin (TBT) is sinds 1990 verboden op rompen van kleine schepen. Sinds 2003 geldt dit ook wereldwijd voor grote schepen en vanaf 2008 moest alle TBT van scheepsrompen verwijderd zijn. Hiervoor heeft Eisma namens het Havenbedrijf flink gelobbyd. “Van mij wordt verwacht dat ik beleid uit Brussel en Den Haag vertaal naar wat het betekent voor de haven en dat ik contact onderhoud met alle voor ons belangrijke overheden en bedrijven. Gesprekken kunnen gaan van waterveiligheid tot de zoetwatervoorziening en van klimaatadaptatie tot waterkwaliteit.”

Eisma werkt al meer dan 25 jaar bij het Havenbedrijf. Voordat er überhaupt Europese richtlijnen waren voor waterkwaliteit spande de haven zich al in voor dit onderwerp. “Naast de KRW is er ook een richtlijn voor de waterkwaliteit van mariene wateren, zoals de Noordzee. Omdat we als Havenbedrijf al een geschiedenis en expertise op dit gebied hebben, denken we bij dat soort richtlijnen mee, bijvoorbeeld met het ministerie, die verantwoordelijk is voor water en met de European Sea Ports Organization. Zeker als het gaat om de doorvertaling naar ons land. We trekken hierbij altijd samen op, met gemeenten, provincie, Rijkswaterstaat, ministerie, bedrijven en waterschappen.”

Onduidelijkheden

En dat doet het Havenbedrijf nog steeds. Zo heeft het ministerie onlangs de Europese Commissie uitgenodigd voor een bezoek aan de haven over de KRW. Eisma: “De KRW-richtlijn bevat formuleringen die verschillend geïnterpreteerd kunnen worden. Wat betekent het als je als waterbouwer of haven activiteiten uitvoert in een waterlichaam waarbij je geen verontreiniging toevoegt? Bijvoorbeeld bij een landwinning, baggeren of natuurontwikkeling. Voldoe je dan aan het principe van ‘geen achteruitgang’? De Nederlandse overheid heeft het initiatief genomen om hierover met de Europese Commissie verder te praten. Aansluitend hebben we Claudia Olazabal (Europese Commissie, red) samen met Femke Zevenbergen (voorzitter VvW, red.) en Yves Marsé (adviseur markt VvW, red.) projecten laten zien: de Slufter en de Prinses Alexiahaven in aanleg. Ons gezamenlijk verzoek aan hen, en dat raakt waterbouwers ook: kijk naar dit soort artikelen in de richtlijn en leg ze nog eens goed uit, om daarmee duidelijkheid te scheppen.”

Gedeelde verantwoordelijkheid

Waterbouwers vragen zich inderdaad af in hoeverre hun werkzaamheden voor of na de KRW-deadline van 2027 nog mogelijk zijn. Bijvoorbeeld in de haven? Eisma: “Dat de haven nu is wat het is, is natuurlijk mede dankzij waterbouwers. Neem de Maasvlaktes. En er lopen continu verschillende waterbouwprojecten in onze haven. Dus hebben we een gelijk belang. Maar of alles kan doorlopen in aanloop tot 2027 en daarna is nog niet duidelijk.

Maar laten we ons als Nederland niet alleen richten op het wel of niet halen van de KRW-normen. Maar belangrijker: hoe vertaalt dat zich door? Wie moet er nog een stap zetten? Is het meer bovenstrooms? Of is het ook een Nederlands of zelfs lokaal probleem? Wat zijn de bronnen, waar komt de verontreiniging vandaan? Al dat soort vragen houden ons ook bezig. En daar waar het  Havenbedrijf kan bijdragen, doen we dat. Deze vragen staan ook bij ons hoog op de agenda. Ik wil benadrukken dat alle partijen belang hebben bij verbetering van waterkwaliteit en dat we allemaal onze verantwoordelijkheid hebben. Sectoren, bedrijven, overheden en ook individuele burgers. Als iedereen alleen naar zijn eigen belang kijkt, komen we samen niet verder. Ik kan dus zo’n specifieke vraag van de waterbouwsector niet beantwoorden, niet in het algemeen en ook niet havenspecifiek. Feit is wel dat de waterkwaliteit sinds 2000 flink is verbeterd en dat de chemische waterkwaliteit de komende jaren verder zal verbeteren. Feit is ook dat niemand precies weet welke stoffen er in de toekomst nog in het water terechtkomen en wat hun werking is. Waterkwaliteit is een gedeelde verantwoordelijkheid waar partijen alleen samen aan kunnen werken en als we dat goed blijven doen en nog beter gaan doen, is dat voor iedereen goed. Nu moeten we het doen met de zekerheid dat veel onzeker is.”